2012-06-30 Marlon Talks #33
Agenda
Di 3 Jul Premiere van “Strange Tales” en uitvoering van het Gitaarkwintet van Boccherini
Juventus Festival Cambrai: Premiere van “Strange Tales” van Marlon Titre voor
sopraan, gitaar en strijkkwartet, Boccherini guitar Quintet G 448
Vr 6 Jul Live op Radio France: Sonata Concertata van Paganini
Met Erno Kallai, viool.
Za 7 Jul Aranjuez Concerto
Juventus Festival Cambrai: Rodrigo’s Aranjuez Concerto with met het
Orchestre National de Lille.
Zo 8 Jul Solo recital
Juventus Festival Cambrai: solo recital. Werken van Bach, Brouwer en Barrios.
“Ik probeer altijd interessante componisten en artiesten te vinden”
Interview met dirigent Christian Karlsen
Christian Karlsen werd in 1985 in Stockholm geboren, en begon op 4-jarige leeftijd met zijn vioolstudie. Op 13-jarige leeftijd begon hij lessen te volgen bij de befaamde Finse dirigent Jorma Panula, die hem stimuleerde door te gaan dirigeren. Een jaar later stond Christian voor het eerst voor een orkest samengesteld uit leden van het Koninlijk Philharmonisch Orkest van Stockholm.
Van 2001-2004 dirigeerde hij regelmatig het Södra Latin Youth Orchestra. Andere engagementen uit zijn begintijd waren o.a. het openingsconcert van Stockholm New Music in 2003 en het Mozart Requiem tijdens het Stockholm Muziekfestival.
Christian Karlsen volgde lessen bij John Carewe in London en nam deel aan de internationale Masterclasses van Hartmut Haenchen en Jorma Panula. Hij voltooide zijn studie aan het Koninlijk Conservatorium in Den Haag bij Jac van Steen en behaalde zijn Masters Diploma in 2008. Daarnaast nam hij ook deel aan de Ligeti Academy waar hij hedendaagse muziek bestudeerde onder leiding van Reinbert de Leeuw en Oliver Knussen.
Hij heeft inmiddels met verschillende orkesten gewerkt zoals het Residentie Orkest, het Radio Kamerorkest, het Gelders Orkest, het Noord-Nederlands Orkest, Brabants Orkest, het Orquestra National do Porto en Amsterdam Sinfonietta. Hij assisteerde Esa Pekka Salonen bij het Philharmonia Orchestra in London, Neeme Järvi, Reinbert de Leeuw en Jac van Steen bij de Opera in Dortmund, de Nationale Reisopera, het Residentie Orkest en de BBC National Orchestra of Wales.
Christian Karlsen is een fervent pleitbezorger voor de hedendaagse muziek, en heeft reeds talloze wereldpremieres gedirigeerd en gewerkt met componisten als Karlheinz Stockhausen en Sofia Gubaidoelina en samengewerkt met ensembles als het Asko|Schönberg Ensemble, het Nieuw Ensemble, Theo Loevendie’s Ziggurat Ensemble. In Mei 2009 dirigeerde hij Gruppen van Stockhausen, samen met Reinbert de Leeuw en Baldur Brönnimann in het Casa da Musica in Porto. Hij is mede-oprichter en muzikaal leider van het New European Ensemble met wie hij reeds talloze concerten heeft gegeven en opnames gemaakt heeft.
Christian, kun je iets vertellen over je recente projecten met het New European Ensemble?
Het is een erg druk jaar geweest. We begonnen met het organiseren van een groot festival rondom de geweldige Finse componiste Kaija Saariaho. Voor dit project sloegen we de handen ineen met bijna alle muziekinstellingen in Den Haag, waaronder het Residentie Orkest, de Dr. Anton Philipszaal en het Koninklijk Conservatorium. Met het New European Ensemble gaf ik drie concerten met al haar composities voor groot ensemble. Kaija was zelf aanwezig tijdens het festival en verzorgde de live-elektronica voor een aantal van haar werken. Het was uiteraard een spannend project voor alle betrokkenen. Een ander hoogtepunt van dit seizoen was een samenwerking met het gerenommeerde Kroumata Percussion Ensemble voor twee uitvoeringen van Piere Boulez’ 20e eeuwse klassieker Le marteau sans maître.
Hoe ontstond het idee om het New European ensemble op te richten?
Het was niet zozeer een idee; een samenloop van omstandigheden leidde tot het ontstaan. Met gitarist Jacob Kellermann sprak ik al langere tijd over het lanceren van een internationale groep om nieuwe muziek mee uit te voeren. Rond die tijd organiseerde ik samen met andere studenten op het conservatorium een Schönberg project bestaande uit een paar concerten. Voor dit project studeerden we alle ensemblewerken van Schönberg in. We waren erg enthousiast over het project en al na het eerste concert begonnen er uitnodigingen binnen te komen. Sindsdien zijn we in feite uitgegroeid tot een organisatie. Ons eerste concert was drie jaar geleden, en we hebben sinds dat eerste concert 60-65 concerten gegeven en een aanzienlijk aantal radio en tv-opnamen gedaan.
Het lijkt alsof het ensemble met veel succes de concertzalen veroverde in de afgelopen jaren. Wat is het geheim achter het succes?
Moeilijk te zeggen. Mensen lijken enthousiast te zijn over de kwaliteit van onze uitvoeringen. Dat is, denk ik, belangrijk voor elke vorm van succes. Programmeurs vinden onze programma’s en benadering vaak interessant en soms ongebruikelijk. Ik probeer altijd interessante componisten en artiesten te vinden. Het is essentieel om ze in een context te plaatsen waarin hun sterkste kanten naar voren komen. Er gaat veel hard werk in zitten. Er zijn niet veel sluipwegen.
Je ensemble richt zich in eerste instantie op nieuwe muziek. Hoe zoek je naar manieren om hiervoor een nieuw publiek te vinden?
Het belangrijkste is om mensen ervan te overtuigen dat nieuwe muziek, en eigenlijk klassieke muziek in brede zin, relevantie heeft en hun leven kan verrijken. Dat is uiteraard niet eenvoudig en moet worden benaderd op verschillende manieren. Het werken met nieuwe muziek heeft het grote voordeel dat het zich vaak bezighoudt met de belangrijkste kwesties en vragen van deze tijd. Met het New European Ensemble hebben we een aantal projecten gedaan waarbij we muziek verbonden aan dringende sociale kwesties. In de herfst presenteren we twee grote projecten rondom de mensenrechten. In oktober produceren we een groot project in Den Haag over kindsoldaten in samenwerking met de International Criminal Court em Amnesty International rondom het werk Strange News van de Noorse componist Rolf Wallin. We presenteren later in het najaar een project rondom mensenrechten in Stockholm en Gotenburg. In dit project, dat ik twee jaar geleden ontwikkelde in samenwerking met Amnesty International, speelt Henze’s werk Voices een grote rol.
Welke werken dirigeer je het liefst?
Vooral de werken die ik op een moment uitvoer of aan het voorbereiden ben. Binnenkort dirigeer ik een concert met delen uit La Boheme en muziek van Beethoven. Ik zie er erg naar uit! Ik houd van Stravinsky, Wagner, Beethoven, Haydn, Hillborg, Debussy, Henze, Dutilleux, Schumann, Mahler, Ravel en Saariaho. Die lijst kan eeuwig doorgaan. Het mooie aan het leven is dat je niet hoeft te kiezen als je alles kunt krijgen!
Heb je, tenslotte, nog een tip of advies voor lezers?
Austerlitz van W.G. Sebald is een “must read” voor iedereen. De schrijver stierf tien jaar geleden tragisch genoeg in een auto-ongeluk en liet onder andere gedichten, essays en vijf romans na. Zijn unieke werken bevinden zich altijd op de grens van essay, fictie, reisverslag en geschiedenis. Verder kan ik het werk van de Libanese schrijver Amin Maalouf aanbevelen (Samarkand is een goed boek om mee te beginnen). Assia Djebar en J.M.G. Le Clezio zijn ook geweldige auteurs. David Mitchell maakt op een bijzondere manier gebruik van de Engelse taal, ik heb net zijn boeken Cloud Atlas en Number Nine Dream herlezen. Tomas Tranströmer heeft altijd op mijn nachtkastje gelegen sinds ik 17 was. Er zijn prachtige vertalingen van zijn gedichten in het Engels gemaakt door Robert Bly. Hij schrijft ook prachtig over muziek. Mijn antwoord is ongeveer hetzelfde als op de vorige vraag. Waarom kiezen als je het allemaal kunt krijgen!
Bedankt voor het interview, Christian!